Een triggerfinger, ook wel bekend als een haperende vinger of tendovaginitis stenosans, is een aandoening waarbij een vinger of duim moeilijk buigt of strekt. Dit komt door een ontsteking of verdikking van de buigpees of de peesschede, waardoor de pees niet soepel door de peesschede glijdt.
Oorzaken en risicofactoren
De exacte oorzaak van een triggerfinger is vaak moeilijk vast te stellen. Toch zijn er verschillende factoren bekend die het risico op het ontstaan van deze aandoening vergroten. Eén van de belangrijkste oorzaken lijkt overbelasting van de hand te zijn. Mensen die vaak herhaalde bewegingen maken of langdurig kracht zetten met hun handen, bijvoorbeeld tijdens werk of hobby’s, kunnen irritatie van de buigpezen ontwikkelen. Die irritatie kan op termijn leiden tot het bekende ‘haken’ of blokkeren van de vinger bij het buigen of strekken.
Symptomen
De symptomen van een triggerfinger ontstaan meestal geleidelijk en kunnen in de loop van de tijd verergeren. In het begin ervaart men vaak een zeurende pijn of stijfheid in de vinger, met name ’s ochtends of na een periode van rust. Dit komt doordat de pezen en peesschede op dat moment nog niet soepel bewegen. Naarmate de dag vordert, neemt de stijfheid vaak tijdelijk af door beweging, maar keert later weer terug.
Een kenmerkend symptoom is het ‘klikkende’ gevoel tijdens het buigen of strekken van de vinger. Dit ontstaat doordat de pees moeite heeft om soepel door de vernauwde peesschede te glijden, waardoor een voelbare en soms hoorbare klik optreedt. In mildere gevallen is dit slechts hinderlijk, maar bij ernstigere vormen blijft de vinger soms in een gebogen stand steken. Men moet dan met de andere hand de vinger voorzichtig rechtduwen, wat pijnlijk en ongemakkelijk kan zijn.
Diagnose van een Triggerfinger
De diagnose van een triggerfinger wordt doorgaans gesteld op basis van het klinische beeld en een lichamelijk onderzoek. Tijdens dit onderzoek beoordeelt de arts of er sprake is van pijn, zwelling, een knobbeltje aan de basis van de vinger of een ‘klikkend’ gevoel bij het bewegen. Ook wordt gekeken of de vinger beperkt beweegt of in een gebogen stand blijft hangen. In sommige gevallen kan de arts aanvullend beeldvormend onderzoek, zoals een echografie, aanvragen om andere oorzaken van de klachten, zoals gewrichtsproblemen of cystes, uit te sluiten.
Naast het medische onderzoek kan ook een fysiotherapeut een belangrijke rol spelen in het herkennen en behandelen van triggerfinger. De fysiotherapeut bekijkt hoe de hand functioneert en waar de beperkingen zitten. Aan de hand daarvan kan er gewerkt worden aan het verbeteren van de beweeglijkheid. Bijvoorbeeld het verminderen van ontsteking en spanning in de pees en het aanleren van aanpassingen in handgebruik. Door middel van gerichte oefeningen, massage en advies over belasting kan fysiotherapie bijdragen aan het herstel en het voorkomen van verergering van de klachten. Zo wordt geprobeerd een operatie te voorkomen of uit te stellen.
Behandelingsopties
De behandeling van een triggerfinger hangt af van de ernst en duur van de symptomen:
- Conservatieve behandeling: Bij milde klachten kan rust, het vermijden van overbelasting en het gebruik van ontstekingsremmende medicatie (zoals NSAID’s) verlichting bieden.
- Corticosteroïden injectie: Een injectie met een ontstekingsremmer in de peesschede kan de zwelling verminderen en de beweging verbeteren. Deze behandeling is effectief bij ongeveer 60% van de patiënten.
- Spalktherapie: Het dragen van een spalk, vooral ’s nachts, kan helpen om de pees rust te geven en de ontsteking te verminderen.
- Chirurgische ingreep: Als conservatieve behandelingen niet effectief zijn, kan een operatie worden overwogen. Tijdens de ingreep wordt de peesschede opengemaakt om de pees meer ruimte te geven, waardoor de beweging verbetert.
Prognose
De vooruitzichten voor mensen met een triggerfinger zijn over het algemeen goed. Met de juiste behandeling verdwijnen de symptomen meestal volledig. Het is echter belangrijk om de onderliggende oorzaken aan te pakken en overbelasting van de hand te vermijden om herhaling te voorkomen.